Joost Beusekamp heeft met succes zijn proefschrift over elektrolytstoornissen in hartfalen verdedigd.

Op 2 februari heeft Joost Beusekamp met succes zijn proefschrift: “Electrolyte disturbances in heart failure, focus on sodium and potassium” (elektrolytstoornissen in hartfalen, focus op natrium en kalium) verdedigd. Zijn verdediging vond plaats in het Academiegebouw van de Universiteit Groningen en het was eindelijk weer mogelijk om fysiek aanwezig te zijn tijdens de ceremonie vanwege gedeeltelijk opgeheven COVID-restricties. Naast Joost stonden zijn paranimfen dr. J.B. van Praagh en drs. B.A. de Cort. Hij verdedigde zijn thesis tegen internationaal gerenommeerde academici en dit resulteerde in een levendig debat over het belang van het observeren van elektrolyten, fysiologie en behandeling van patiënten met hartfalen.

 

Supervisoren: Prof. dr. Peter van der Meer, Prof. dr. Adriaan Voors, Dr. Jasper Tromp

Opponenten:  Prof. dr. Maarten van den Berg, Prof. dr. Stefan Bakker, Prof. dr. Brunner-La-Rocca, Prof. dr. Carolyn Lam, Prof. dr. Isabel van Gelder, Dr. Kevin Damman.

 

Zijn proefschrift bevat onderzoeken die gepubliceerd zijn in de European Journal of Heart Failure en de Journal of American College of Cardiology (Heart Failure). Joost is na het verdedigen van zijn proefschrift gestart als AIOS Cardiologie in het Universitair Medisch Centrum Groningen.

 

Een korte samenvatting van het proefschrift

Hartfalen is gedefinieerd als een conditie waarin de zuurstofbenodigdheden van de metaboliserende weefsels de capaciteit van het hart om zuurstof rond te pompen uitwegen. Meerdere succesvolle therapieën zijn over de afgelopen jaren ontwikkelt om morbiditeit en mortaliteit in hartfalen te verminderen, maar het op-titreren van deze therapieën tot adequate doseringen is soms een uitdaging op zichzelf. De meest voorkomende uitdagingen zijn het voorkomen van hypotensie en van renale dysfunctie, die kunnen leiden naar suboptimale therapeutische doseringen van hartfalen medicatie en bijwerkingen.

Voornamelijk bij ACE-remmers en Mineralocorticoide Receptor Antagonisten (MRA) wordt hyperkaliëmie als een van de belangrijkste bijwerkingen gezien. Kalium is een cruciaal kation in de mens, aangezien het een rol speelt in de elektrofysiologie van de neuromusculaire cellen en van hartspiercellen. Patiënten met hyper- en hypokalemia hebben grotere kans op het ontwikkelen van levensbedreigende complicaties en het observeren van de nierfuncties speelt hierom een belangrijke rol in de praktijk. Joost bewijst in zijn proefschrift dat milde afwijkingen in de nierfunctie en elektrolyten niet gelijk moet leiden tot een verandering in medische behandeling voor hartfalen en dat het staken van ACE-remmers en MRA’s kan leiden tot een slechtere uitkomst voor patienten op de lange termijn.

Daarnaast heeft Joost ook de effecten van empafliglozine in acuut gedecompenseerd hartfalen onderzocht. Zijn onderzoek laat zien dat empafliglozine de cumulatieve urinevolume en een netto negatieve vochtbalans vergroot in een subset patienten. Verder laat hij zien dat empafliglozine Natrium en Kalium excretie niet veranderd op de lange termijn, ondanks een initiële dip in eGFR. Als laatste laat hij zien dat empafliglozine leidt tot een afname van de mortaliteit en rehospitalizatie in hartfalen.

Dit proefschrift is een mooi en nieuw stuk over renale fysiologie van natrium en kalium en over de werkzaamheid en veiligheid van het gebruik van empafliglozine.

“Als u iets gedaan wilt hebben, vraag het aan een drukbezet persoon, anderen hebben geen tijd”